plant van de week

Week 3

Rabarber


Met rabarber hebben veel mensen een haat-liefde verhouding. Het is zo zuur dat de rillingen ervan over je rug lopen. Tegelijkertijd is het lekker, fris en fruitig.

Rabarber is makkelijk te kweken. Het neemt genoegen met een plaatsje in de halfschaduw. Daar kan het lange tijd blijven staan. Na een jaar of 8 is het wel goed om de plant te verjongen en dan te verplaatsen naar een nieuwe stek. Iedere stuk verhoutte wortel met een oog wordt weer een nieuwe plant. Gooi het oude middelste deel weg, daar is geen eer meer aan te behalen.

Scheuren van oude planten kan het beste als er (nog) geen blad in zit. In de wintermaanden dus, als het niet vriest. Het is een alle opzichten een stevig plant, flink hakken om hem te splitsen is dus wel eens nodig, maar ja het is je moeder niet.

Ik geef jaarlijks koemest om de plant aan voldoende voeding te helpen, ik oogst er ook flink van. Meestal tot de langste dag (21 juni). Daarna krijgt de plant de kans om een beetje bij te komen van al het gepluk.
Rabarber komt vroeg op gang in het jaar




















Rabarber is jaarlijks mijn eerste oogst van de tuin. De plant loopt al vroeg uit in het voorjaar en zodra de bladeren uitgevouwen zijn stop de lengtegroei van de stengels, dan pluk ik ze.
Ik kook het gewoon met een scheutje water tegen het aanbranden, suiker naar smaak aan het eind toevoegen of een heerlijke crumble uit de oven: http://etenuiteigentuin.blogspot.nl/2010/05/rabarbercrumble.html

Als rabarber het naar de zin heeft gaat hij bloeien, als je dat niet erg vindt, dan is er niets aan de hand. Wil je echter de heerlijke stengels blijven oogsten dan is het verstandig de bloemknoppen eruit te breken.

Oogsten doe je door de stengels van de plant te trekken. Een stevig ruk met een iets zijwaartse beweging zorgt ervoor dat de bladsteel aan de voet van de plant losgaat. Op die manier houdt je een nette plant en heb je de langste stelen. Het schijnt dat de plant kan gaan rotten als je de stengels niet goed oogst. Mij lijkt het een sterk verhaal voor zo'n degelijke plant, maar ik vind het veel te lekker om er onnodig stukjes stengel aan de plant te laten zitten, dus ik ga het niet uitproberen.

Eet smakelijk!

Week 2:

Longkruid Pulmonaria officinalis

Deze week aandacht voor de dappere voorjaarsbloeier longkruid.
Deze plant schijnt zijn naam te danken aan de vlekken op de bladeren, dat werd vroeger in verband gebracht met longen.
Het gevlekte blad
















Het blad kan na de bloei last krijgen van meeldauw. Afknippen is de beste oplossing, de plant maakt daarna weer fris nieuw blad. Het ziet er weer mooi uit dan.

Het is een makkelijke plant, groeit zo'n beetje overal en zaait zichzelf makkelijk uit. Het plantje is polygaam, het kruist met ongeveer elk andere Pulmonaria die in de buurt staat. Verschillende soorten bij elkaar zetten is een hachelijke onderneming als je de soorten wilt behouden. Er zullen allerlei mengvarianten ontstaan.

Luilekkerland voor hommels




















Longkruid wordt druk bezocht door vroege bijen en hommels, het is een goede kickstart voor nieuwe volkeren.

Het is een zogenaamde stinzeplant, wilde planten uit andere landen die in de onderbegroeiing van de bossen bij landhuizen werden aangeplant. Sneeuwklokjes zijn daarvan ook een zeer bekend voorbeeld. Het zijn planten die zichzelf goed kunnen redden. Ze benutten de voorjaarszon die tussen de nog kale takken doorschijnt om nieuwe energie voor het volgende voorjaar op te slaan. De grond mag niet te zuur zijn, dan verteren de bladeren te langzaam tot humus en kunnen de voedingstoffen niet op tijd benut worden.

Sommige bloempjes verkleuren al naar roze









De bloempjes van het longkruid schieten in trosjes omhoog zodra het voorjaar zich aankondigt. De bloempjes verkleuren van blauwpaars naar roze. Dat geeft ze een vrolijk en bont aanzien. Een mooie lentebode.



Week 1

Camellia japonica


Camellia japonica

De eerste plant van de week is de Camellia japonica
Dit is een overdadig bloeiende struik die nu in maart volop bloeit.

Het is het zusje van de theeplant: Camellia sinensis. De Camellia japonica is echter een sierplant.
Langzaam groeien en hij (of is het zij?) staat bij voorkeur in wat zure grond.
Je hoeft weinig aan de plant te doen, behalve te laten groeien. Ik bemest ze af en toe met wat compost en gedroogde koemest.
Het hele jaar door zit de Camellia in het blad, de bladeren zijn glanzend.

Er zijn veel verschillende soorten en variƫteiten en dus ook bloemkleuren beschikbaar. Niet alle soorten zijn even winterhard. En een heel strenge winter kan de nodige schade opleveren.
Ochtendzon na vorst kan ook schade opleveren. Daarom wordt vaak aanbevolen de plant niet op het oosten te plaatsen.

Een ander nadeel is dat bij nachtvorst de bloemen bruin kunnen verkleuren. Zeker bij een witte soort kan dat erg lelijk zijn.
De voordelen wegen echter op tegenover de nadelen. De Camellia geeft kleur aan het voorjaar en is makkelijk in het onderhoud: lekker laten staan en van genieten!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten